Musicalnieuws.nl

Interview met Hereward Kaye, componist van Moby Dick! The Musical

Na bijna 25 jaar is de musical Moby Dick weer even terug in Londen. Deze musical, van de hand van Robert Longden en Hereward Kaye, werd in 1992 door Cameron Mackintosh naar het Piccadilly Theatre gebracht, waar het na vier maanden roemloos ten onder ging.

In het New Union Theatre staat deze show nu tijdelijk met een cast van 10 personen onder regie van Andrew Wright. Wright deed eerder de choreografie voor Singing in the Rain op West End en is ook verantwoordelijk voor de choreografie van Half a Sixpence, die net de overstap van het Chichester Festival naar West End heeft gemaakt.
 
In Moby Dick volgen we leerlingen en leraren van St. Godley’s Academy for Young Ladies. Deze school dreigt financieel ten onder te gaan en om de school te redden wordt besloten om een musical op te voeren rond het bekende verhaal van Herman Melville: Moby Dick.
 
De cast bestaat uit twee gevestigde namen (Anton Stephans met ruime ervaring op Broadway en West End en Brenda Edwards, die jarenlang de rol van Killer Queen heeft gespeeld op West End en de Engelse tour), aangevuld met 8 jonge acteurs.
 
Deze productie van Moby Dick in het theater met 50 plaatsen is bijzonder hilarisch en met beperkte middelen prachtig op het toneel gezet. Een voorstelling met veel lagen en geen standaard type muziektheater. De cast is uitermate sterk en de manier waarop we deze avond beleven doet denken aan de manier waarop we voor het eerst kennismaakten met Urinetown in het M-Lab.
 
Na afloop van de voorstelling had MusicalNieuws het genoegen om kennis te maken met componist Hereward Kaye, die ruim de tijd nam om met ons te praten. Kaye is van oorsprong muzikant en werd in het midden van de jaren ’70 van de vorige eeuw ontdekt door Ray Davies van The Kinks. Van 1986 tot 1999 maakte hij deel uit van The Flying Pickets, die in Nederland o.a. bekend is van de a capella versie van “Only You”.
 
‘Dat was iets ongelofelijks,’ vertelt hij ons over de ontdekking door Ray Davies, ‘en een magische avond, misschien wel één van de meest bijzondere avonden van mijn leven. Ik speelde toen in een akoestische band en we speelden veel in folk clubs. Ons was verteld dat Ray Davies zou komen, die in die tijd het eerste onafhankelijke platenlabel in Engeland had opgericht, Konk. Alexis Korner [red. één van de grondleggers van de Britse blues] zou met ons meespelen – voor een fles whiskey – en hij had een gigantische joint voor ons meegenomen. We waren eigenlijk te stoned om op te treden en Alexis vertelde ons om even bij zinnen te komen en ging alleen het podium op. Op een gegeven moment ging het weer en zijn we opgegaan en zagen we Ray Davies achterin de club staan. Ze hadden ons gezegd dat hij niet zou zingen en optreden. We zagen hem staan – hij was natuurlijk duidelijk herkenbaar – en hij luisterde naar het eerste deel van onze set. In de pauze kwam hij naar ons toe en vroeg hij of hij een paar nummers mee mocht spelen met ons. Het hele tweede deel van de avond heeft hij toen met ons meegespeeld.’ Davies produceerde daarna het debuutalbum van Café Society.
 
Jaren later in 1983, Kaye was inmiddels verhuisd naar het platteland, ontmoette hij Robert Longden, acteur en schrijver. Lachend vertelt Kaye verder: ‘Longden was gevraagd om een stuk te schrijven voor Camden Lock, iets met water. We sleepten een boot in Camden Lock, die we de Pequod noemden en vroegen al onze vrienden om mee te doen. Dat werd dus “A Midsummer Night’s Dick”. Het werd een bizar stuk waarbij de mensen die aan boord van het schip gingen tassen droegen met “Duty Free” er op, vol met pakjes sigaretten, we hadden een American Football team. We verzonnen van alles om het leuk te maken en het publiek te vermaken. De voorstelling duurde toen ongeveer een half uur. Daarna voerden we het op een andere locatie op, en werd het ook een langere voorstelling. We hadden weinig geld en we kregen een doek voor de achtergrond aangeboden met daarop een afbeelding van Venetië. We hebben het stuk toen veranderd en hebben het “Moby Dick in Venice” genoemd. En tegelijkertijd hebben we elementen uit de film “The Prime of Miss Jean Brodie” toegevoegd en Jean Brodie met haar schoolklas naar Venetië gestuurd. En zo kwam de schoolklas in de musical.’
 
‘Ongeveer 10 jaar later hebben we besloten het stuk nog verder uit te werken en hebben we het naar 6 productenten gestuurd. Cameron Mackintosh was de enige die reageerde op ons antwoord apparaat. In eerste instantie dachten we dat iemand een grap met ons probeerde uit te halen, maar drie weken later belde hij opnieuw op en kwamen we tot verdere afspraken. Hij stelde middelen beschikbaar en we hebben het stuk eerst opgevoerd in een klein theater in Oxford [red. Old Fire Station Theatre],  zijn toen naar het Picadilly Theatre verhuisd en vervolgens afgemaakt door de recensisten.’
 
Ondanks dat lijkt er na 25 jaar toch weer leven te zitten in Moby Dick. De productie die wij zagen is geweldig, niet in het minst door de sterke cast. ‘Ik ben ongelofelijk blij met deze productie en net als jullie onder de indruk van deze cast. En dan te bedenken dat ze maar twee weken hebben kunnen repeteren, waarvan maar drie met de musical director. Maar hier in Londen is het nu zo dat, als je met de repetities begint, eigenlijk alle tekst en muziek al in je hoofd moet hebben. Iedereen vertelde me dat dit de leukste show is die ze ooit hebben gedaan.’
 
‘Ik heb het gevoel dat ik nu echt aan het bloeien ben,’ zegt Kaye, die al een tijdje bezig is aan een Londense productie van een andere productie van hem: “Sex, Chips and Rock & Roll”. ‘Na Café Society maakte ik een solo album voor EMI Records, die het niet redde, en werd me verteld dat mijn composities te theatraal waren. Ten tijde van Moby Dick hoorde ik vaak dat mijn nummers te veel pop-songs waren. En nu lijkt het eindelijk samen te komen en is de markt klaar voor prachtige “pop-rock-theatrical songs”. ‘
 
‘Ik voel me nog steeds muzikant, heb een rock school [red. Rok Skool] opgericht en heb een studio waar ik met mensen aan nummers werk, maar ik ben ook componist. Maar het mooiste van de hele wereld is toch wel om een groep mensen, zoals vandaag, nummers te horen zingen die ik heb geschreven. Jullie hebben zelf kunnen ervaren hoe geweldig deze mensen waren. Mijn nummers zijn mijn kinderen. Ik heb “A Man Happens” meer dan 30 jaar geschreven en om Brenda Edwards dat nummer dan weer te horen zingen is ongelofelijk mooi. Ik voel me dan echt gezegend.’
 
Moby Dick! The Musical is nog tot en met 12 november te zien in het Union Theater in Londen.
 

Producties Musical 2.0 - 2024/2025