Musicalnieuws.nl

Interview met Ruben Van keer: volop in ontwikkeling

Het is maandagochtend, 26 juni. We zijn nog een klein beetje aan het bijkomen van twee dagen West End Live en vanuit ons hotel in Londen op weg naar Kensal Rise Station. Daar hebben we afgesproken met Ruben Van keer.

Ruben volgen we al jaren. De laatste keer dat we de 26-jarige Belg zagen was op 8 juli 2015, toen hij zijn afstudeervoorstelling op de Fontys Hogeschool voor de Kunsten speelde. Het werd een indrukwekkende versie van Equus.
 
Na zijn afstuderen zette hij zijn opleiding voort in Londen met een masters aan de Royal Academy of Music. Daarna, in 2016, kreeg hij een rol aangeboden in de nieuwe musical Bat out of Hell, die momenteel volle zalen trekt in Londen. In deze musical is hij cover voor Strat, de hoofdpersoon en speelt hij mee in het ensemble. Enkele dagen eerder zagen we de show met eigen ogen en tijdens West End Live zagen we de cast van Bat out of Hell met Ruben op het podium op Trafalgar Square.
 
Bijna twee jaar na onze laatste ontmoeting zitten we dus met Ruben aan een gezond ontbijt op een terras in Londen en blikken we eerst terug op zijn opleiding, 'In Tilburg hebben we een hele goede opleiding,' begint hij. 'Er zijn natuurlijk meer goede opleidingen in Nederland maar voor mij persoonlijk was het de perfecte opleiding.’
 
Ruben had nog niet zo veel gedaan met zingen en acteren toen hij auditie deed voor Fontys. Eigenlijk wilde hij auditie doen voor de vooropleiding maar hij werd meteen aangenomen voor de vakopleiding. Tijdens zijn opleiding kreeg hij dus voor het eerst spel- en zanglessen. ‘Vooral de eerste twee jaar,’ vertelt hij, ‘was het dus echt voor mij kijken wat het allemaal inhield. Ik kende het hele wereldje niet en kwam met mensen in de klas die de vooropleiding hadden gedaan of al langer zongen en dergelijke. Ik vond het superleuk, maar voor mij was het allemaal nieuw’. Vanaf het derde jaar werd het allemaal iets gewoner en kon hij zich veel meer richten op zijn ontwikkeling als acteur.
 
De keuze om na Fontys verder te studeren zat toen al in zijn hoofd. Het idee om naar Londen te gaan was er al veel eerder. ‘Eigenlijk wilde ik,’ zegt hij, ‘vanaf het moment dat ik begon met musical wel naar Londen maar op dat moment weet je natuurlijk niet of dat gaat lukken. Ook in Tilburg had ik dat gevoel. Al vanaf het derde jaar had ik niet alleen het gevoel dat ik graag naar Londen wilde maar ook het gevoel dat ik verder wilde studeren. Ik ben uiteindelijk heel blij dat ik die masters heb gedaan, het heeft me heel erg geholpen’. De masters opleiding aan de Royal Academy of Music was dus een perfecte combinatie van beide wensen.
 
We vragen hem of hij, toen hij begon met de masters, dingen die hij in Tilburg had geleerd moest afleren. Ruben: ‘Als je ergens heel erg goed in wilt worden dan gaat dat altijd gepaard met nieuwe dingen leren, maar ook met oude dingen afleren. En sommige dingen die je deed, of verkeerd deed, blijken dan niet meer nodig te zijn omdat je nieuwe dingen doet. En dan leer je eigenlijk vanzelf dingen af. Toen ik hier kwam had ik een hele goede basis om hier dingen te kunnen verfijnen. En dat was het eigenlijk: een jaartje verfijnen. Ik heb hier hele grote stappen gezet, hoewel deze stappen minder groot waren als in vier jaar Tilburg uiteraard. Maar deze stappen maken aan het eind van het verhaal wel een heel erg groot verschil.’
 
‘Aan het eind van mijn bachelor opleiding had ik het gevoel dat ik wel wat kon,’ antwoordt hij op de vraag wat hij in Londen heeft geleerd. ‘Ik had heel veel techniek geleerd, waar de opleiding ook bekend voor staat. Toch was er iets dat niet klopte, zo voelde ik het. En toen ik hier zat kwam ik erachter wat het was. Ik moest dichter bij mezelf blijven. Ik moet meer vertrouwen op mezelf als acteur en niet altijd proberen anderen (regisseur, docent, klasgenoten,..) tevreden te stellen. Twee jaar geleden zou ik bijvoorbeeld niet makkelijk een discussie aangaan met bijvoorbeeld een regisseur, maar na dat jaar durf ik meer op mezelf te vertrouwen en snap ik dat discussie juist iets is dat interessant is.’
 
‘Ik heb hier verder ook geleerd dat je alles zelf moet doen,’ gaat hij verder. ‘Als je zelf voelt dat het nog niet goed genoeg is dan moet je daar iets aan doen, ongeacht wat andere mensen zeggen. Het gaat om jouw gevoel. Het gaat kortom om jou. Het is niet dat ik dat in Tilburg niet heb geleerd maar in mijn ontwikkeling vielen die stukjes vorig jaar helemaal op hun plaats. Ik heb nu mijn eigen manier om dingen aan te pakken. Vorig jaar kon ik alles dat ik geleerd heb in laten dalen en er mijn manier van maken. Gaandeweg veranderen daar kleine dingetjes aan, afhankelijk van de situatie. Maar alles loopt nu veel beter en dat heeft allemaal met elkaar te maken. Ik heb me vorig jaar heel erg gefocust op mijn spel, zowel spel in scènes maar ook, en vooral, spel in een nummer: liedinterpretatie. Ook daar zijn me geen andere dingen verteld dan in Tilburg maar tijdens deze opleiding kwam er een klik in mijn hoofd. En door die focus op spel begon mijn stem ook veel lekkerder te zitten omdat ik veel minder op het zingen was gefocust. In Tilburg studeerde ik heel veel op techniek, ook na schooltijd, vooral zangtechniek. Maar het grappige is dat als je dat loslaat het eigenlijk veel beter wordt. Hier hoorde ik zang-technisch tot de beteren, maar dan kijk je opeens naar mensen die het heel erg mooi doen, terwijl het zang-technisch niet in de buurt komt van wat wij in Tilburg kunnen. En dan ga je nadenken hoe dat dan komt.’
 
In het derde jaar van Fontys speelde hij de rol van Robert in de musical Company. In het tweede trimester in Londen moest hij dezelfde rol spelen. ‘Dat was heel interessant,’ zegt hij. ‘Aan het eind van het eerste trimester zaten we met zijn allen in de dansstudio. Toen werden de shows bekendgemaakt die we zouden doen in het tweede trimester: Company, The Light in the Piazza en Love Story. Ook alle rollen werden bekend gemaakt en voor mij was het Robert in Company.’
 
In eerste instantie is hij verbaasd, omdat de Royal Academy of Music natuurlijk zijn cv had en ze daarop hadden kunnen zien dat hij deze rol al een keer gespeeld had. Daarnaast dacht hij dat de rol van Oliver in Love Story wel leuk zou zijn om te spelen. ‘Dat meen je niet, dacht ik. Maar’, gaat hij verder, ‘ik heb er niks van gezegd want het leek me heel interessant. Ik wist waar de show over gaat, had  kennis over die rol, dus het gaf me eigenlijk een voorsprong om nog dieper in te kunnen gaan op die rol. Sowieso is het een supervette rol in een fantastische voorstelling dus ik dacht: laat ik dat maar doen. Op dit moment is dit voor mij veel interessanter dan een hele nieuwe rol te gaan leren waar je eigenlijk gewoon weer tekst moet leren. Ik wilde die rol verder uitdiepen. Dat heb ik toen gedaan en dat was fantastisch. Je komt in een hele andere dimensie van zo’n rol terecht. In Tilburg was ik destijds best tevreden. Maar dit keer had ik het gevoel dat ik veel dichter bij Robert was gekomen. En dat komt natuurlijk ook omdat ik een aantal jaren verder ben.’
 
In maart 2016 had hij een showcase op de opleiding. Via die showcase kwam hij in contact met zijn huidige agent. In juni van dat jaar liet zijn agent hem weten dat hij een auditie had geregeld voor de rol van Tink, de beste vriend van de hoofdrolspeler in Bat out of Hell. ‘Niemand wist hoe die show er uit zou gaan zien,’ vertelt Ruben, ‘dus ik vond het prima. Ik ging naar die auditie. Eerste ronde, gewoon een eigen nummer zingen. Daarna kreeg ik bericht van mijn agent: “Je hebt een recall, dus super goed gedaan. En het is voor de hoofdrol en niet voor de rol waarvoor ik je heb opgegeven”. Super leuk natuurlijk. Materiaal gekregen zoals dat gaat bij een auditie, auditie gedaan en weer een recall. Teruggegaan, finals en toen bood men mij aan om cover te zijn voor de hoofdrol.’
 
Vanaf december vorig jaar is de cast gaan repeteren, gevolgd door een eerste run in Manchester, die medio februari begon. Inmiddels loopt de show al meer dan vier weken in het Coliseum Theatre in Londen. ‘Dit is überhaupt mijn eerste grote show en dan ook nog een show op West End. Ik ben dus super blij. En ook nog cover van de hoofdrol. Ik weet nog precies wat er gebeurde toen ik hoorde dat ik deze rol gekregen had. Het was een enorme vreugde uitbarsting en een ontlading omdat iets waar je lang naartoe gewerkt hebt plots waarheid wordt. Je bereikt je doel na hard werken. Dat geeft een heel goed gevoel.’
 
‘En dan kom je in de repetities van een nieuwe show en dat was wel heftig, en dat is nog steeds heftig’, zegt Ruben. ‘De voorstelling wordt nog steeds helemaal gebouwd. Zeker in de repetitieperiode, zowel in Manchester als in Londen. Heel veel veranderingen: nummers eruit, nummers erbij. Daardoor was er voor de covers eigenlijk nooit tijd om te repeteren. Heftig hoor! In de tweede week van de run in Manchester, we waren nog bezig met previews, moest ik ineens op, ik geloof vanwege ziekte. Nooit repetities gehad. Ik kende de teksten wel, die had ik natuurlijk gedaan, en ik had ook wel een muzikale repetitie gehad, maar dat was het dan ook. En verder had ik natuurlijk zo veel mogelijk gekeken naar wat Andrew Polec doet op het toneel. Maar dat was ook lastig, want elke dag werd er zo veel aangepast dat ik niet wist of ik de versie van gisteren, of vandaag, of vorige week had. Voor de covers was dat heel lastig. Nu nog steeds, maar niet meer zo erg als in het begin. Maar op het moment dat je dat dan doet is het super leuk. En dan voel ik dat dat is wat ik wil doen in de toekomst.’
 
‘In Londen mag ik de hoofdrol best wel veel spelen,’ vertelt hij ons. ‘De data weet ik niet maar ik heb hem de afgelopen weken al enkele keren gespeeld en ook deze week ga ik hem spelen. En dat is gewoon leuk. Dat is waar je het voor doet natuurlijk.’
 
Bat out of Hell is nog maar tot en met 22 augustus te zien in Londen. Daarna maakte de show de oversteek naar Canada, waar de show vanaf 14 oktober drie maanden lang te zien zal zijn in Toronto. Ook Ruben gaat in principe mee. ‘Voor de periode daarna zijn er wel ideeën, maar nog geen concrete plannen. Ik weet dat de producenten de show overal in de wereld willen gaan brengen, maar dat is nu nog onduidelijk.’
 
De show loopt goed. Het Coliseum Theatre is, met 3 balkons, een bijzonder grote zaal. ‘Alle drie weken dat we nu draaien is het theater nagenoeg vol geweest,’ zegt Ruben. ‘De reacties van de mensen die komen kijken zijn ook heel goed. De recensies waren, op een paar na, ook erg goed. Het is ook een voorstelling die mensen naar het theater haalt die normaal niet zouden gaan. Het is Jim Steinman en Meat Loaf en veel van hun fans komen naar de show. En ook muziekliefhebbers in het algemeen. Zij hebben denk ik een hele goede avond als ze naar de show gaan. Ik heb hem zelf natuurlijk ook al een paar keer kunnen zien en als ik zit te kijken dan vind ik het echt een vette show. Het is, zoals enkele recensenten ook schrijven, geen Hamlet, maar de muziek is fantastisch, de stemmen volgens mij bijzonder. Ik denk wel dat dit een show zou kunnen zijn die het heel lang zal volhouden en ook overal wel kan werken.’
 
We vragen Ruben of de show fysiek zwaar is. ‘Ja,’ zegt hij, ‘best wel. Het podium loopt af en dat is niet fijn voor je gewrichten en je rug. De choreografieën zijn modern en schokkerig. En ook dat is niet heel erg lekker voor je lichaam. In Manchester kreeg ik last van mijn rug maar kon gelukkig wel doorspelen. Tot nu toe hebben we gelukkig ook nog niet veel blessureleed gehad. En we hebben fysio’s bij ons, dus dat moet goed komen.’
 
‘Het is wel bijzonder hoor,’ zegt Ruben nog over Bat out of Hell. ‘Ik weet nog dat ik de eerste keer Strat speelde in Manchester. Hij begint met de openingsmonoloog die op één van de CD’s van Meat Loaf is terug te vinden. Ik zei de eerste zin en de hele zaal werd gek! Echt helemaal gek! De zinnen daarna riepen ze ook mee. En dan denk je: yes! Dat is echt cool! Normaal ben ik daar niet zo voor, dat het publiek meedoet, maar in deze show kan alles! Wij als acteurs vragen ons soms ook af wat we eigenlijk aan het doen zijn. Maar in deze show kan alles. De show is ‘BatSh!t Crazy!’ En het leuke is dat veel mensen achteraf reageren met de opmerking dat Jim Steinman een held is. Deze man en zijn nummers even in de spotlight zetten is een eer!’
 
Steinman heeft de show zelf nog niet gezien, maar was wel nadrukkelijk betrokken bij het repetitieproces. Ruben vertelt ons dat elke repetitie van begin tot eind werd gefilmd en doorgestuurd naar Steinman. Terwijl het in Engeland nacht was bekeek hij de repetities en gaf zijn op- en aanmerkingen door zodat ze de volgende repetitiedag konden worden verwerkt. Zowel Meat Loaf als Jim Steinman zullen de show waarschijnlijk in Toronto voor het eerst zien.
 
Tot slot praten we nog kort over de toekomst. Voorlopig zit Ruben op zijn plek in Londen en daarna gaat hij dus mee met de productie naar Canada. ‘In ons vak is het altijd kijken wat er komt dus ik hou alle opties open. Het liefste zou ik zo veel mogelijk doen in Londen, maar er zijn ook nadelen aan verbonden. Je mist familie en vrienden. Dus als ik in België of Nederland kan spelen is het ook goed. Eigenlijk is het heel erg afhankelijk van welke voorstelling het is en welke rol. Ik probeer keuzes te maken op basis van het artistieke.’
 
Na Toronto ligt alles dus open, al heeft hij wel twee rollen in gedachten die hij beide dolgraag zou willen spelen in Londen. Iets met Franse studenten die in opstand komen. ‘Maar ook bijvoorbeeld zo’n “Dear Evan Hansen” is een droom,’ zegt hij. ‘Nou ja, er zijn heel wat uiteenlopende voorstellingen en rollen op m’n verlanglijstje.’
 
Bat out of Hell speelt nog tot en met 22 augustus in het Coliseum Theatre in Londen, met Ruben Van keer. Daarna is de show vanaf 14 oktober te zien in het Ed Mirvish Theatre in het Canadese Toronto. Meer informatie over de show kun je vinden op https://batoutofhellmusical.com/
 
Kijk HIER voor onze foto’s van het optreden van de cast van Bat out of Hell op West End Live 2017.

Producties Musical 2.0 - 2024/2025